U bent hier
De Belgische toetreding tot CCDoE
Op 31/05/2016 interpelleerde ik tijdens de commissie Defensie minister Steven Vandeput over de Belgische toetreding tot CCDCoE (nr. 11854).
"Mevrouw de voorzitter, ik ben mij ervan bewust dat dit niet de meest sexy benaming is voor een organisatie, maar tot daaraan toe.
Mijnheer de minister, tijdens het bezoek van de commissie voor de Landsverdediging aan Estland, waar u zelf bij was, kregen wij ook uitleg over het NATO Cooperative Cyber Defence Centre of Excellence dat gevestigd is in Talin. Dit centrum dat zich bezighoudt met onderzoeken in verband met cybersecurity is NAVO-gelieerd en 18 landen maken er deel van uit. België is daar tot vandaag niet bij. Wij vernamen dat de Belgische regering in november 2015 een letter of intent zou hebben ondertekend en dat er gesprekken aan de gang zijn over de Belgische toetreding tot dit centrum.
Mijn vragen zijn dan ook behoorlijk concreet. Waarom worden er nu pas stappen gezet voor een mogelijke toetreding? Welke redenen waren er in het verleden om daar niet van bij de aanvang of in een volgende fase aan deel te nemen?
Wat zijn de voordelen van een eventuele toetreding?
Wat zijn de voorwaarden voor deelname? Voldoen wij daaraan?
Wat is de vooropgestelde timing ter zake?"
Antwoord Steven Vandeput
"Mevrouw de voorzitter, mijnheer Buysrogge, de cybersecuritystrategie van Defensie, die eind 2014 onder mijn impuls gefinaliseerd werd, bevat een duidelijke verwijzing naar een potentiële deelname aan het CCDCoE, gelegen in Talin in Estland.
In de eerste fase werd geopteerd voor een meer gedetailleerde opvolging van de activiteiten van dit centrum. Na analyse werd er eind 2015 voor gekozen om een effectieve samenwerking aan te gaan als sponsoring nation. Dat was gewoon een overweging van zuinigheid. Het moet het ook waard zijn om er effectief actief aan bij te dragen.
Het centrum is een door de NAVO geaccrediteerde multinationale organisatie die zich onder meer gespecialiseerd heeft in de domeinen research and development, training en vorming.
De rechtstreekse toegang tot deze expertise biedt België een beter zicht op de recente ontwikkelingen om de moderne dreigingen in het cyberdomein te kunnen beantwoorden en versterkt onze positie op internationaal vlak.
De voorwaarden tot deelname als sponsoring nation beperken zich tot de inplaatsstelling van een officier in het centrum en een standaard financiële bijdrage van 22 000 euro op jaarbasis voor de ondersteuning en de werkingskosten van het centrum.
De toetredingsprocedure werd opgestart in november 2015 door een formeel verzoek gericht aan de directeur van het CCDCoE. Deze procedure, die de goedkeuring van alle 16 andere sponsoring nations vereist, is lopende. De komende weken wordt hierop een positief antwoord verwacht.
Tegelijk werd begin 2016 het selectieproces opgestart voor de aanduiding van een Belgische officier die effectief in plaats zal worden gesteld begin januari 2017, na een stage te hebben gelopen van zes maanden bij de ADIV."
Repliek Peter Buysrogge
"Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord.
Ik ben blij dat u, en bij uitbreiding deze regering, werk maakt van cybersecurity. Op federaal vlak is het Centrum voor Cybersecurity in België opgericht. U maakt daar op vele manieren werk van. Ik meen dat dit er een van is. Ik denk niet dat dit alleenzaligmakend is, maar het is wel belangrijk om daar op internationaal vlak aandacht aan te besteden.
De inzet die aan Defensie wordt gevraagd, is relatief beperkt. Het is dan ook belangrijk dat wij er in mee zijn en dat wij verder werk maken van iets dat in de toekomst alleen maar belangrijker zal worden."
Het integrale commissieverslag kan u terugvinden op http://www.dekamer.be/doc/CCRI/pdf/54/ic430.pdf