U bent hier
Het ontwerp van algemene uitgavenbegroting Defensie 2015, de commentaren van het Rekenhof en de algemene beleidsnota Defensie
Op woensdag 03/12/2014 gaf minister van Defensie Steven Vandeput uitleg bij de algemene beleidsnota Defensie; het ontwerp van de algemene uitgavenbegroting voor 2015; en de commentaren en opmerkingen daarop van het Rekenhof. Vanuit de N-VA fractie gaf ik hierover een algemene tussenkomst.
Geachte voorzitter, geachte minister, beste collega’s
Allereerst wil ik de administratie bedanken om het ontwerp van de algemene uitgavenbegroting 2015 uiteen te komen zetten in de commissie. De informatie die we vandaag krijgen is al een pak genuanceerder dan de harde krantenkoppen van de afgelopen week naar aanleiding van het rapport van het Rekenhof. Maar de tijden zijn wat ze zijn. In mijn tussenkomst bij de beleidsverklaring van de minister op 17 november gaf ik al aan dat we met defensie moeten en zullen evolueren naar een modern defensiebeleid, aangepast aan de noden van deze eeuw en rekening houdend met de budgettaire moeilijkheden. Ik denk dat de cijfers aantonen dat we inderdaad zullen moeten nadenken naar wat voor een soort defensieapparaat we willen evolueren.
Meneer de minister, beste collega’s,
De cijfers zijn wat ze zijn en spijtig genoeg zijn ze harder dan velen van ons hadden gehoopt. Maar in budgettair moeilijke tijden is het noodzakelijk dat men zijn verantwoordelijkheid neemt om de tering naar de nering te zetten. Deze cijfers bewijzen dat de minister een betrouwbare partner is in deze regering, die samen met de andere ministers zijn verantwoordelijkheid opneemt om dit land budgettair terug op de juiste sporen te krijgen. Maar we willen ook een betrouwbare partner zijn op internationaal vlak. Nu is het belangrijk om als een goede huisvader deze budgetten te beheren en slimme en doordachte keuzes te maken. Ik hoop dan ook in de nabije toekomst duidelijkheid te krijgen hoe de minister deze cijfers zal omzetten in beleid.
Meneer de minister, in het verleden hebt u al duidelijk gemaakt dat u in de eerste plaats wil besparen door de buitenlandse missies en de algemene uitgaven te laten dalen. In het eerste luik hebben we binnenkort de beëindiging van onze opdracht in Libanon. Bedankt daarom voor het inzicht vandaag over de verdere evolutie van de andere missies en de overkoepelende gedachtegang daarachter. Ik kijk dan ook uit naar de verdere planning van operationele inzet 2015.
Graag sta ik ook stil bij het tweede luik, nl. de daling van de uitgaven. De cijfers hebben we gekregen, maar nu moeten ze worden omgezet in de praktijk. Dat er zal moeten worden bespaard op het personeelsbestand van Defensie is duidelijk. De NAVO heeft ons er al op gewezen dat onze personeelsuitgaven te hoog zijn. Zij geven ons de richtlijn 50% van onze budgetten uit te geven aan personeel, wij zitten aan meer dan 70%. En bij ongewijzigd beleid zal dit onder meer door de vergrijzing bij Defensie nog groeien tot bijna 80% in 2019. Graag had ik geweten welke wijzigingen het Rekenhof voorstelt om deze cijfers te kenteren. Dit heeft natuurlijk ook zijn weerslag op de beperkte mogelijkheden inzake uitgaven op het vlak van onderhoud van bestaand en aankoop van nieuw materiaal.
Naast het personeelsbestand kijk ik ook sterk uit naar de strategische visie wat betreft de grote investeringsprogramma’s die zal worden voorgelegd en vervolgens de concretisering in een militaire programmawet voor een periode van tien jaar. Deze documenten zullen in mijn ogen dé grote leidraad zijn voor waar we naartoe willen met ons defensieapparaat. Ik zal waarschijnlijk de steun hebben van de ganse commissie wanneer ik zeg dat wij als commissie betrokken willen worden bij deze nota’s. Zonder uiteraard het strakke tijdspad in gedrang te brengen.
Ik heb het al gezegd tijdens de beleidsuiteenzetting van de minister twee weken geleden. We moeten met Defensie naar een ‘mean lean fighting machine’. Ik ben dan ook benieuwd naar de wijze waarop de minister dit wil doen. Veiligheid voor burgers in binnen- en buitenland, waarbij interdepartementale samenwerking, ook met politie, steeds belangrijker wordt, is hier zeker cruciaal. Ik denk dan ook aan de steeds prominentere rol op vlak van cybersecurity.
Het zijn spannende tijden voor Defensie, maar onze fractie is er van overtuigd dat de beleidslijn die werden uitgetekend in uw beleidsverklaring en die nu werden gestaafd met cijfermateriaal, er voor zullen zorgen dat we met Defensie zullen evolueren naar een modern Defensieapparaat, dat zijn rol en verantwoordelijkheid in binnen- en buitenland zal kunnen nemen.